17 april.- Mijn vrouw Annemarie en ik zaten jaren geleden in Nick Vollebregt’s eetcafé aan een zespersoons-tafel met naast ons een onbekend echtpaar. Tussen hen en ons in aan beide kanten een lege stoel. Terwijl we na de escargots wachtten op het hoofdgerecht, rees opeens vanuit de thonet-stoel in het midden een pluizig koppie op met twee gitzwarte hondenogen. Eigenwijs vleidde ze haar kinnetje zuchtend op het damasten tafelkleed en keek Annemarie aan. Die was meteen verkocht. Belle heette ze. Op advies van het Belgisch echtpaar dat in Blaricum woonde, reisden we af naar het kennel waar Belle geboren was. In de Maasvallei bij Luik kwamen we in een ‘Ma Vlodder-huis’ terecht met in de ‘mooie’ kamer een nest vol sterk riekende puppies en in de gang en ruimte ernaast tientallen bekers met nationale en internationale linten die het echtpaar gewonnen had met het fokken van hun bijzondere hondenkroost. Annemarie koos een puppy uit. Een champagnekleurig bolletje wol niet groter dan haar halve hand, en noemde het Doortje. We vulden de papieren in en konden niet wachten om zes weken later opnieuw richting het zuiden af te reizen om – op Sint Jan- onze ‘beauté belge’ op te halen in Saint- Georges-sur-Meuse. Ons cotonnetje is officieel een Coton de Tuléar, Royal dog of Madagaskar. Het ras is een mix van verschillende hondjes van het Afrikaanse eiland en van hondjes die op schepen als rattenvanger werden gebruikt en op deze manier ooit – na een scheepsramp- op Madagaskar terecht kwamen en zich zelfstandig aan land in leven wisten te houden. Tuléar komt van het havenplaatsje, en ‘Royal’, omdat de hondjes door de lokale bevolking aangeboden werden aan de adel en koning van de voormalige Franse kolonie. Cotonnetjes ( Barbara Streisand heeft haar schatje zelfs tweevoudig laten klonen, zo dol is ze op het hondenras) zijn niet alleen van een grote schoonheid, ze weten het ook en gedragen zich er naar. Ze zijn vrolijk, intelligent, speels – die van ons is gek op ‘balletje-balletje’ – en waken als de beste wanneer ze onraad ruiken. Ze blaffen overigens alleen als het nodig is. Hoewel ze de meeste tijd doorbrengen met schoonheidsslaapjes, vinden ze alleen zijn niet bepaald prettig. Als mijn vrouw boodschappen gaat doen, is voor Doortje twintig minuten afwezigheid meer dan genoeg om haar onvrede duidelijk hoorbaar te maken. Het stopt als ze de inhoud van de Annemarie’s fietsmand ruikt bij de heg. Zoals het een echte ‘Royal’ betaamt, pakt (en krijgt) ze alle aandacht. Haar donzige vacht, favoriet van menig kinderhand, wordt dagelijks door mijn vrouw met de grootste liefde een halfuur lang geborsteld. Iedere ochtend als de klok van de basiliek negen slaat, kuiert Annemarie stapvoets achter haar ‘prinsesje’ die de Larense heggen en hagen besnuffelt: van het Mauvezand tot Oosterend en weer terug of van het Mauvezand ‘stofzuigend’ richting Jagerspad en op een holletje naar huis. Nou las ik in een of ander huisdierenblad dat dat gesnuffel bij honden eenzelfde kick geeft als het gevoel van opwinding bij shoppende dames! De meest trouwe viervoeters, las ik verder, zijn er wel een derde van hun tijd mee kwijt. Dat klopt. Met haar stereoreukorgaan is ons dorp, onze tuin, onze woonkamer, en mijn kantoor voor Doortje één groot snuffel- en geurenparadijs. Alleen de heg van ons al! Voor haar is dat wat Douglas, Ici Paris en Rituals tegenover Albert Heijn is. En dan in het kwadraat. Volgende week, negentien april, wordt Doortje 15 jaar. Van een oude stoel hou je het meest!
Leo Janssen