7 nov.- Ons rieten dak is nodig toe aan een grote onderhoudsbeurt. De aan en af vliegende merels – een voor een wachtend en dansend op het lekkers in de vogelhuisjes en de doorgesneden appels- hebben er al heel wat kuilen in gemaakt. De rietdekker keek dan ook bezorgd. Eerst moet het laagje mos en algen van het dak worden ‘gekamd‘ met een simpel broodmes en daarna kan het riet glad en strak worden geklopt en met een harde bezem schoongeveegd zodat het weer zo goed als nieuw oogt.
Schijnt in heel Nederland door het usutuvirus een afname te zien van de merelpopulatie, bij ons op het Mauvezand lijkt het tegendeel waar. Ons dak is één groot podium voor deze improviserende operazanger die door de eerste zes weken goed naar zijn vader te luisteren zijn basiszang uitbreidt met een scala aan eruitspringende variaties die bepalend zijn voor zijn uiteindelijke succes bij de vrouwtjes. Nog mooier wordt het als hij de ringtone van je mobieltje ontdekt want voor je het weet imiteert hij het zodat hij nog meer indruk maakt op zijn toekomstige vriendin.
Deze zomer ben ik naar een concert geweest van de pianist Pierre-Laurent Aimard. Hij speelde het 13-delige ‘Cataloque d’Oiseaux van Olivier Messiaen (1908-1992) waarin de componist zich heeft laten inspireren door maar liefst zeventig vogels uit verschillende Franse provincies . Even indrukwekkend zag ik met mijn broer en onze vrouwen van dezelfde componist tijdens de Salzburger Festspiele van 1995 zijn ornithologisch meesterwerk, de zes uur durende opera ‘Saint Francois d’Assise’ onder regie van de beroemde regisseur Peter Sellars. Veel van Messiaens werken stonden in het licht van de schoonheid van de schepping. Het is bekend dat de Heilige Franciscus (1181-1226) met de vogels sprak. De godsdienstige Messiaen geloofde in de muzikaliteit van de vogels die dichter bij de hemel leefden. Jarenlang trok hij met zijn vrouw er opuit om het gezang van vogels op te nemen.
Ook de vogelgeluiden van ons dorp zijn in de klassieke muziek vastgelegd. Door Alphons Diepenbrock (1862-1921) de meest gevierde Nederlandse componist van de vorige eeuw. In 1910 liet hij in Laren samen met zijn vrouw Elisabeth een landhuisje bouwen ‘Holtwick’, aan de Drift 45, toen nog een heerlijke rustige open plek, ideaal om te componeren. De Larense musicoloog Ton Braas vertelde mij dat de Diepenbrocks het goed kenden omdat ze er een jaar eerder op de Drift hadden gelogeerd bij de gezusters Ament in hun grote landhuis ‘De Bijlakker’. Ongetwijfeld heeft Diepenbrock toen de nachtegaal gehoord. In zijn lied En sourdine (1910) heeft hij de kenmerkende zang van deze vogel verwerkt. In 1917 schreef Diepenbrock muziek bij Aristofanes’ komedie ‘De Vogels’. De symfonische ouverture wordt nog steeds in concertzalen uitgevoerd. Een huisvriendin van de componist schrijft in haar dagboek: ‘Thuisgekomen gaat hij vertellen van ‘De Vogels’. “Vind je [het] ook zoo aardig, dat getrippel op het dak in den vroegen morgen te hooren?” Dan gaat hij spelen zonder ophouden, nieuwe klanken, nieuwe vreugden en welke, fladderen, vliegen, tjilpen, zingen, liefde, een openbaring.’ Hier kunt u de ouverture beluisteren ( met dank aan Ton Braas)
https://www.youtube.com/watch?v=TmjMFND68Bw
Leo Janssen
Kleurpoloodtekening: Annemarie Bitter