9 sept.- Vlak voor de viering van 500 jaar Johanneskerk zijn er – opvallend- twee bijzondere kunstwerken ‘boven water’ gekomen. kwamen bij het schrijven van hun in december te verschijnen jubileumboek een tekening op het spoor van Jacob van Ruisdael (ca. 1628-1682), een van de beste schilders uit de Gouden Eeuw.
Ontdekker is Alexander de Bruin, conservator beeldcollecties Archief Noord-Holland. Hij zag de prent bij het vermaarde Fondation Custodia te Parijs, opgericht in 1947 door verzamelaar, kunsthistoricus Frits Lugt. De heren houden de prent nog even voor de borst. Haar voor het eerst tonen bij de officiële herdenkingsbijeenkomst zal de verrassing alleen maar groter maken.
Het andere kunstwerk is van Cornelis Vreedenburgh (1880-1946). Hij schilderde de restauratie van de binnenkant. Bij deze herbouwing in 1926 werd die van 1844 – ingang aan Naarderstraat en wit gepleisterde buitenmuren- hersteld met een toegang bij de toren en ‘nieuwbouw’ van consistorie en stookkelder waardoor de kerk verwarming kreeg.
De in Woerden geboren Vreedenburgh was autodidact en aanvankelijk een huis- en decoratieschilder. In 1904 krijgt hij de koninklijke subsidie voor jonge kunstenaars zodat hij zich op het schilderen kan gaan toeleggen. In 1917 komt hij, inmiddels getrouwd met kunstenares Marie Schotel, dochter van de Dordtse zeeschilder J.C. Schotel, via verblijven in Nunspeet en Hattem naar Laren, (Vredelaan en Drift) omdat hij dichter bij Amsterdam wil wonen.
Of het nu een stadsgezicht, het kroegje van Hamdorff of de restauratie van de Johanneskerk is, Vreedenburgh weet als geen ander de levendigheid van stad, kroeg en kerk met losse toets en een juiste lichtinval treffend weer te geven. Kunstwerken die leiden tot een prachtig en succesvol impressionistisch oeuvre. In 1937 krijgt hij een solotentoonstelling waar al zijn werken worden verkocht, waaronder twee aan koningin Wilhelmina.
De eigenaar van het schilderij is Willem Kervers. De in Rotterdam wonende mediator is de neef en erfgenaam van de in 2007 overleden markante Larense Nel Kervers, mijn buurvrouw op het Mauvezand die sjouwend met twee plastictassen in haar met sieraden en een bloemetje versierde mantel rond haar huis zwierf.
Zij was de dochter van Willem Kervers, bij hotel Hamdorff opgeklommen van ‘piccolo’ tot ‘chef de reception’. Als rechterhand van de directie was hij ook chef van de kunstafdeling die de tentoonstellingen organiseerde.
Zijn veertig-jarig jubileum haalde in 1952 de voorpagina. ‘ Willem Kervers was zo geliefd bij de schilders in ‘het Kroegje’ dat ‘zijn’ schilderijencollectie in de kunstzaal van Hamdorff hem eigenlijk vanzelf is komen toewaaien.’ Bij zijn overlijden erfde Nel en haar broer Frans de schilderijen.
Het verhaal ging dat Nel’s deel verging door de vocht in het door haar verwaarloosde ouderlijk huis. ‘Niet waar’, volgens de man die midden jaren negentig zijn tante als bewindvoerder bijstond.’ De schilderijen, ook die van haar broer Frans die een jaar eerder was overleden, – samen een vijftigtal stuks- zijn door Christie’s geïnventariseerd en gedeeltelijk verdeeld over neven en nichten.
Bol an mensen, u kunt het prachtige schilderij gaan zien. In de Johanneskerk 11 september op Open Monumentendag! Ik geef zelf om 11,13 en 15 uur een rondleiding over de vele Johannes schilderijen.
Leo Janssen