24 dec.- Op de deksel van de printer naast mijn bureau heb ik een paar – voor mij – bijzondere souvenirs neergezet.
Allereerst een zilver omlijste glamourfoto uit ’78 waar ik met Annemarie ‘op restaurant’ zit in l’Auberge des Maures, de oudste herberg van Saint Tropez. Het enige dat ik me van het Provençaalse restaurant herinner, is de enorme hoeveelheid knoflook in de côtes d’agneau ( Wel een hele voet, heerlijk!) en dat de zwart- wit foto – blij dat we het hebben gedaan- de prijs van een fles rosé had.
Verderop pronkt de uitnodiging voor ons 40 -jarig huwelijksfeest. Een piepklein tv speelgoedje als diaviewer, waarmee je- drukkend op een knopje-, zes keer een diaplaatje – ‘scenes uit een romantisch en spannend huwelijk’- tevoorschijn tovert.
Ernaast het paartje op onze bruidstaart uit 1972, geplaatst tegen de menukaart van ons 45-jarig huwelijksfeest. (Komend jaar wordt het goud!)
Ook staat er een klein reliëf van Kuifje. De beroemde reporter met de inborst van een padvinder, (NRC) heeft naast zich een fluorescerende H. Clara en een minutieus kerststalletje.
Als kind was ik gek op het boetseren ervan. Met klei die ik kreeg voor mijn Sinterklaas.
Onze Kerststal heeft Annemarie dit jaar weer fantasievol neergezet met Maria, Jozef, het kindje Jezus, os, ezel, schapen, herders, kameel, drie wijzen uit het Oosten ( liefst een beetje achteraan…6 jan.) en een vrolijk zingende engel, stevig vastgespijkerd op de nok van de stal.
De ‘ontdekker’ van deze verbeelding van Jezus’ geboorte is Franciscus van Assisi, rijkeluiszoontje uit de 12 eeuw die het avontuur zocht, maar het geluk niet vond. Totdat hij droomde dat geluk daar is waar je het niet verwacht. De volgende dag stapte hij bij de stadsmuur van zijn paard en gaf een gouden muntstuk aan een melaatse die hem omhelsde.
Franciscus vond zijn geluk. Hij leefde dicht bij de natuur. Armen en dieren waren zijn vrienden. Preekte hij over God, kwamen de dieren naar hem toe. Zijn naamdag op de katholieke jaarkalender is 4 oktober. (sinds1930 is dat Werelddierendag)
De traditie van het stalletje begon in het Italiaanse dorpje Greccio, even buiten Assisi. Tommaso da Celan, zag en beschreef hoe Franciscus – na toestemming van de paus in 1223- de Kerstnacht vierde in de natuur. Bij een hermitage (klein klooster) zag Franciscus een grot die hem deed denken aan Jezus’ geboortegrot die hij had gezien in het Heilige Land, in Bethlehem.
De monnik maakte een Kerststal als levende replica. Dorpsbewoners en stedelingen woonden in de grot bij de kribbe de Kerstnachtmis bij, waar hij preekte over de nederigheid en armoede van Jezus en nam daarbij een slapend kind uit de wieg en wekte het. Onbedoeld startte Franciscus hiermee een traditie.
De laatste figuur op de deksel van mijn printer is de Heilige Clara van Assisi. Rijkeluisdochter, tijdgenoot van Franciscus die haar maatschappelijk carrière in navolging van hem inruilde voor radicale armoede. Ook zij woonde altijd de Nachtmis bij. Totdat zij, zeer verzwakt een jaar voor haar dood, in haar kloostercel moest blijven. Op de muur zag zij rechtstreekse beelden van de door Franciscus geïnitieerde kerstplechtigheden. Daarom riep Paus Pius XII haar in 1958 uit tot patrones van de televisie.
Bol an mensen, een Zalig &Vrolijk Kerstfeest.
Leo Janssen