28 juli.- Zondagmorgen, het is nog voor tien uur, ligt Laren er stil en verlaten bij. Wandelend in een zachte zomerbries naar de lommerrijke Brink, zie ik tussen de zon gevlekte kathedrale bomen kerkgangers richting de zondagsmis.
Ik denk aan het sfeervolle afscheid, een dag tevoren, van de markante Laarder, Gerard de Leeuw, timmerman en duivenmelker, kleinzoon van ‘de Bokkenboer.’ Zijn robuuste kist, gemaakt van steigerhout stond opgesteld voor zijn schilderachtige huisje aan de 2e Ruiterweg. Op balen stro. Overdekt met kleurrijke boeketten vol zonnebloem, ridderspoor, ereprijs en witte roos. Getrokken door twee Friese paarden, zwart bepluimd en de voorloper in rouwkledij met zwarte steek in lengte, vertrok de ‘traditionele’ stoet voor een ‘laatste rit’. Daarachter liep familie, vrienden en sommige buurtgenoten met hun hond. Eerst over het pad langs de volkstuintjes en het bosje naar het parkeerterrein bij de hockeyclub, vervolgens achter de boerenwagen in een lange file over de Wakkerendijk van Eemnes richting het crematorium bij Anna’s Hoeve. Een dorpsgevoel: puur en authentiek.
Via het Brinklaantje wandel ik die ochtend verder over een verlaten Naarderstraat naar Singer. Het carillon speelt. De museum-beeldentuin, ontworpen door Piet Oudolf staat in volle bloei. Ik bewonder de architectuur van de aangebouwde Nardincvleugel. Via de Hein Keverweg loop ik De Drift op langs de door Berlage gebouwde villa (1903) voor het kunstenaarsechtpaar Roland Holst.
De Sint Jansrogge er tegenover – met daarachter ‘De Bijlakker’, het diep in het lover gelegen landhuis van architect J.W.Hanrath ( die ook de Singervilla ontwierp)- lijkt klaar om te worden geoogst. Genietend van de strook wilde bloemen langs de akker, sla ik links af het woonzorgcentrum Theodotion aan de Werkdroger passerend, naar de Esseboom en verbaas me over de groteske rietgedekte villa’s op het terrein van het jammergenoeg gesloopte Rosa Spier Huis. (de tennisclub wilde niet verkassen).
Stereotype landhuizen als op Blaricummermeent of op het terrein van de voormalige kruitfabriek in Muiden. Heeft Laren nog een welstandscommissie – destijds in 1912 als eerste in Nederland opgericht – met enig respect en variatie voor het architectuurverleden van ons dorp?
Bij de Houtweg hoek Hilversumseweg zit een oudere dame op een bankje onder het bord ‘Laren regenklaar’. ‘Eikeltjes regent het’ klinkt het adrem. ‘Woont u hier?’, vraag ik. ’Nee in Blaricum. Ik ga naar Theodotion, maar het is nog geen etenstijd. Moet nog een uurtje wachten’.
Ze is 90, sinds haar 48ste weduwe en was landmeetkundig tekenaar. Ze geniet van wielrenners die voorbijfietsen. ‘Mooie kuiten’, lacht ze ondeugend.
Richting Hertenkamp opnieuw die verbazing. Nu van het megalomane appartementencomplex ‘La gare’ (hoe verzin je het!) bij de entree van ons dorp. Hoe heeft deze moloch kunnen ontstaan? Weg dorpsgevoel.
Bij t’ Bonte Paard, op het terras, zitten Nan en Fritz . Net terug uit de mis. ‘De nieuwe pastoor is een sympathiek man. Na afloop groet hij je achter in de kerk. Preekt op een heel persoonlijke manier’ vertelt reclameman Fritz bij een koffie met cognac. Zijn nieuwe vriendin, modieus vol sieraden en met Borsalinohoed, Nan van Wijk (81), geboren Larense, , vertelt over Zuid-Afrika.
Twintig jaar heeft ze er Spa’s opgericht. Voor de kleinkinderen kwam ze weer terug naar het Brinklaantje. ‘En vanuit hier ‘straight to heaven’, kleurt ze het gesprek met een lach. Een aantal cappuccino’s blijven we aan de praat.
‘Was een gezellige zondagochtend koffie!’, mailt ze me de volgende dag. Het dorpsgevoel is er weer. Bol an mensen, geniet van je weekend of vakantie. Annemarie en ik gaan straks richting Noord Friesland. Op kraamvisite .Daarover volgende keer meer