1 mrt.- Deze week dook ik weer eens in het dossier ‘De Herdershoeve’ het voormalige landgoed achter de villa Vita Nuova, aan de Hilversumseweg dat destijds in het bezit was van oud wethouder Wilhelm Drukker (van 1931 tot 1935) die zijn kapitaal had vergaard als hoekman op de Amsterdamse effectenbeurs. De naam Herdershoeve bestaat overigens nog steeds want na de sloop van de door Wouter Hamdorff ontworpen villa eind jaren zeventig is het landgoed verkocht en staan er aan de andere kant van het dorp nu 8 grote woningen in een cirkel grenzend aan de Herdersweg.
Hoe overleefde de oud wethouder in zijn villa veilig de oorlog ondanks zijn overduidelijke Joodse roots. Hoe dat in Godsnaam mogelijk was circuleerde al decennia lang rond in de familie. Met name bij nichtje Helma, dochter van zijn zoon Willem, internist en oprichter van de Nierstichting en bij neef emeritus professor Jan-Willem, zoon van Drukkers andere zoon de kinderarts Jan die o.a. assisteerde bij alle bevallingen van prinses Beatrix , maar dit terzijde.
‘Oom Willem was er – naar de neef van zijn nichtje begreep- uiterst zwijgzaam over en ook zijn eigen vader was niet echt spraakzaam. Het verhaal dat Jan-Willem’s vader vertelde was dat opa naar eigen zeggen een kind was van een ongehuwde concertpianiste: Rosa of Rosette Drukker. Ze dankte haar achternaam aan het feit dat ze als ongetrouwde moeder was geadopteerd door de Amsterdamse familie Drukker. Daardoor zouden opa’s Joodse roots zijn uitgewist en dat was wel zo handig in de jaren 40-45. ‘Of deze interpretatie van opa’s verhaal waar is of dat er in de loop der jaren dingen zijn bij gefantaseerd door mijn vader, weet ik niet. Het klonk in elk geval in mijn puberoren van destijds als hoogst avontuurlijk en romantisch’, aldus Jan-Willem.
Met zijn drieën, Helma, Jan-willem en ik gingen we onafhankelijk van elkaar op zoek in kranten archieven en bevolkingsregisters. De zaak bleek uiteindelijk toch iets anders te liggen. De oud-wethouder was wel degelijk een kind van de ongetrouwde concertpianiste Rosette Drukker. In het bevolkingsregister van Amsterdam vond ik haar op 19 januari 1864 beschreven als het eerste kind van Henri Drukker en Hanna Poppelsdorf. Daarnaast kwam ik haar naam tegen in het krantenarchief van Delpher. Op 11-jarige leeftijd (!) stond zij vermeld als een begaafd pianiste en zangeres die ’triomfen’ vierde in Nederland en Duitsland (Frankfurt am Main). Ook kwam ik erachter dat zij op 16-jarige leeftijd moet zijn bevallen van opa Wilhelm Drukker. Na een blind date of korte romance – wie zal het zeggen – met een Duitse minnaar (gegeven zijn Duitse voornaam)? Daarna komt haar naam – ook als artieste- in kranten niet meer voor, alleen haar overlijdensadvertentie op 29 december 1916, bijna 53 jaar oud. Dus voor de bouw van De Herdershoeve in 1919-1922.
‘Dat opa en oma Wilhelmina Jacoba de Herder, oma was niet Joods, gedurende de Tweede Wereldoorlog op de Herdershoeve hebben geleefd zonder het gevaar van deportatie’, heeft nichtje Helma inmiddels uitgezocht.’ Ze legt uit: ‘Een gemengd huwelijk tussen joods en niet joods was in Duitsland gevrijwaard van deportatie. Ook in Nederland, maar hier was men strenger, maar als er een kind was dan werd men niet op transport gesteld. Ik denk dus dat opa door zijn gemengde huwelijk in ‘De Herdershoeve’ kon blijven wonen.”
Het verklaart enigszins mijn lijst met Joodse inwoners in Laren die zich in 1941 als joods moesten laten registreren (tegen betaling van 1 gulden aan leges, Godbetert!) waarop de namen W. Drukker en een H.M.C Drukker staan vermeld staan. Door de telefoon KWAM IK ER met neef en nicht niet uit. Dat lijkt nu helder: opa Wilhelm en zijn jongste dochter Henny, die toen nog bij haar ouders woonde. Dan kloppen de initialen immers.
Bol an mensen, wat een weekendje speuren niet allemaal oplost. Een wonderlijk verhaal!
Leo Janssen