27 jan.- Een gevoel van nostalgie overviel mij deze week. Niet dat ik in de auto meeblèrde met een of ander hitje, maar het kwam omdat ik op de radio een interview hoorde met poppenspeelster Mariska Brugman.
In 2008 had ik contact met haar toen ik nog wethouder van Cultuur was en de jaarlijkse ‘traditionele’ evenementenmarkt, de start van het culturele seizoen begin september met de smaak nog in mijn mond van de Mauvefeesten rond de 100-jarige Mauvepomp een jaar eerder, had gemetamorfoseerd in de Larense ‘uitmarkt’.
Een weekend vol bruisend info- en entertainment: van spette rende musicaloptredens en proeflessen van de Gooise muziekschool tot een klassiek getinte culturele avond, inclusief de Wally Moes vrijwilligersprijs in Singer Laren. Een jaar later mochten we die term van ©Uitmarkt niet meer gebruiken en veranderde de creatieve Antoinetty van den Brink, enthousiast voorzitter van de Historische Kring destijds, de naam in Larense INmarkt.
In ieder geval had ik burgemeester Elbert Roest gevraagd het weekend te openen met een poppenvoorstelling van Rossini’s opera ‘De Barbier van Sevilla’ in de Johanneskerk, gespeeld door het Nederlands Marionetten Theater van Mariska.
Zij vertelde op de radio dat haar grootvader Bert Brugman, grondlegger van de poppenkunst in ons land, zijn theater ‘De olijftak’ op 20 januari, honderd jaar geleden, had opgericht. Op de zolder van zijn ouderlijk huis aan de Keizersgracht was hij begonnen met het uitvoeren van kleine opera’s. De Larense beeldhouwer Kees Schrikker, goede kennis van Bert, ontwierp o.a. koppen van marionetten voor hem toen hij nog aan de Academie voor Beeldende Kunst in Amsterdam studeerde.
In 1930 werd het theater professioneel en vijftien jaar later kreeg hij octrooi op de combinatie van hand- en stokpoppenspel zodat hij ook mondbewegingen kon maken.
Als kind, zittend met twintig leeftijdsgenootjes bij een buurjongetje wiens ouders wél een televisie hadden, keken wij – babyboomers – geboeid naar de tv-avonturen van scheepsjongen Dappere Dodo, die samen met vriendje Kees op ‘De Schele Zeemeermin’ de wonderbaarlijkste avonturen beleefde met oom Harrie, de kapitein, opa Buiswater en juffrouw Vulpen.
In 1969 namen de ouders van Mariska het familietheater over en speelden minstens driehonderd voorstellingen per jaar. Ook in het buitenland (Zwitserland, Indonesië, Israël en Suriname) waren de integrale opera’s te zien met beroemde stemmen en verhalen voor de jeugd. Sinds 2000 is de magie van het marionettentheater in handen van Mariska en haar man René van Tol en zijn ze gehuisvest in een driehonderd jaar oud rijksmonument in Edam.
Jaren heb ik gedacht dat de familie Brugman altijd uit Laren kwam, maar ze hebben hier slechts van 1932 tot 1936 gewoond. Daarna woonden Bert en zijn vrouw Frieda Frowein tot op zeer hoge leeftijd in Blaricum. Ik dacht dat, omdat hun zoon Jaap – één van hun zes zonen die de stem van Dappere Dodo deed- eind jaren 60 met zijn vrouw Elly vaak aan de stamtafel van Larens oudste kroeg t’ Bonte Paard zat. Ze woonden in de Vlasschuur, net zoals mijn vriend Bart Vos, de latere bergbeklimmer die, toeval of niet – hij woont tegenwoordig in Vietnam – deze week in Nederland was en langskwam. De jaren 60 ‘vlogen voorbij’. Nostalgie: het houdt je warm. Bol an mensen, een ritje Edam en laat u betoveren door een mooie opera van Mariska!
Leo Janssen.
Foto: Dappere Dodo, KRO